Marie Weijler

Marie Weijler: “Je hoeft geen ingenieur te zijn om je dingen eigen te maken”

Als je een meisje vraagt wat ze later wil worden, dan zal je niet horen: ‘ik wil werken bij een investeringsmaatschappij in hardware’. Toch is dat wel precies wat onze potentiële TechGirl van de Maand Marie Weijler uiteindelijk is geworden. Ze is zelfs de enige vrouwelijke hardware-investeerder in Nederland. Hoe ze daar is gekomen en wat dat precies inhoudt, vertelt ze je zelf.

“Dat niemand ooit aan zo’n baan denkt, dat is precies de reden dat ik je wilde spreken”, zegt Marie als ik haar aan de telefoon heb. “Ik vind het belangrijk om te vertellen dat dit bestaat. Vrouwen kunnen dan zelf beslissen of het ook iets voor hen is. Het is trouwens geen parttime baan: dit moet je echt voltijd doen. Ik heb zelf bedrijfsrecht gestudeerd en ben toen naar Leuven gegaan om een master te volgen. Eenmaal daar had ik een bijbaan nodig om mijn studie te betalen. Uiteindelijk kwam ik via een website voor stages binnen Europa een bedrijf tegen dat Principal heet.”

Principal

Marie had op dat moment al eens gewerkt met vermogende families op het gebied van juridische zaken, dus dat Principal actief is in de investeerderswereld sprak haar enorm aan. “Deze baan was ook met vermogende families, maar dan de financiële kant. Ik mocht ze helpen investeringen te doen. Dat Principal naar Nederland wilde uitbreiden, kwam mij goed uit. Ik probeerde het en ik vond het zo gaaf. Ik heb me in de vier jaar dat ik er werkte steeds meer gespecialiseerd in durfkapitaal, dus investeren in start-ups. Geweldig.”

In vier jaar tijd vond Marie meer dan 100 start-ups voor vermogende families en investeerders. “Omdat ik zo’n passie heb voor tech en start-ups, kwam ik bij Cottonwood Technology Fund terecht. Nu werk ik daar. Het is een Nederlands-Amerikaanse investeringsmaatschappij gespecialiseerd in high tech en hardware. Ze investeren in start-ups op het gebied van hardware, deeptech, robots, lichttechniek, de autoindustrie, luchtvaart, duurzame chemie, enzovoort. Het is heel interessant omdat je er al in zo’n vroege fase bij bent. Wij investeren in tech die is uitgevonden op een technische universiteit en waarvan een professor denkt: hier wil ik wel een bedrijf van maken.”

Patenten

Bij de investeringsmaatschappij wordt gebruikgemaakt van een investeringsfonds, waarbij Marie mede-beslisser is over de investeringen die worden gedaan. “We halen geld op bij pensioenfondsen of vermogende families, maar we hebben de vrijheid zelf te bepalen waarin we investeren. Er zijn natuurlijk wel criteria: alleen hardware en de technologie moet gepatenteerd zijn. Zonder patent kan iedere koekenbakker het namaken, dus dan is je investering niets waard. Daarnaast huren we technische experts in om de technologie te testen.”

“We helpen start-ups vaak met sales en marketing, want dat is iets waar de expertise vaak aan schort. Men weet wel hoe het te maken, maar niet hoe het te verkopen.” Marie is echt in dit vak gerold. “Ik heb geen technische opleiding. Vrouwen denken vaak dat je naar de TU Delft moet zijn geweest om in de techsector aan de slag te gaan, maar je kunt wel degelijk in de tech werken zonder technische opleiding. Ik heb me veel dingen eigen moeten maken, maar als je daarvoor openstaat, dan is het echt niet noodzakelijk dat je ingenieur bent.”

Onze potentiële TechGirl van de Maand heeft enorm veel passie voor haar vak. “We doen bijvoorbeeld medische tech en daar zitten echt doorbraken tussen waar heel veel mensen baat bij kunnen hebben. Lipocoat bijvoorbeeld, dat is een nano- en biotech bedrijf dat een speciale beschermlaag heeft ontwikkeld voor op medische hulpmiddelen. Dat gaat dan bacteriën en virussen tegen bij katheters, heupprotheses en meer. Hiermee ga je ziekenhuisinfecties tegen en dat heeft veel maatschappelijke impact.”

Robird

Marie houdt ervan om die ideeën achter de start-ups duidelijk aan mensen uit te leggen. “Ik gebruik vaak Jip en Janneke-taal, want zo snappen mensen waarom ik iets belangrijk vind. De overheid investeert ook geld, maar slechts tot op zekere hoogte. Het zijn vaak private ondernemingen die ervoor zorgen dat de tech ontwikkeld kan worden, zodat de samenleving er baat bij heeft. En als Nederlands-Amerikaans bedrijf vinden we bijvoorbeeld ook deals via het grootste robotics-onderzoekscentrum ter wereld. Ik vind het zo cool om de creativiteit van mensen daar te zien en om te weten welke nieuwste snufjes eraan komen. Robird bijvoorbeeld, die vogels van vliegvelden verjaagd op een heel milieuvriendelijke, diervriendelijke en schone manier.”

Het moeilijkste aan haar baan is dat Marie niet onbeperkt geld tot haar beschikking heeft. “We kunnen niet iedereen helpen, want een fonds raakt een keer op en dan moet je weer opnieuw een fonds ophalen. Er komen per week wel twintig start-ups bij me. Als je bedenkt dat we tussen de 1 en 3 miljoen per start-up investeren, dan betekent dat dat we soms ook start-ups moeten afwijzen. Dat vind ik moeilijk, want vaak hebben ze bijvoorbeeld heel goede ideeën, maar die passen dan niet in ons portfolio.”

Marie is in de running om TechGirl van de Maand te worden. Een goede reden om op haar te stemmen is bijvoorbeeld het feit dat ze graag wat meer gelijkheid zou willen: “Wat ik jammer vind, is dat 96 procent van de partners bij een investeringsmaatschappij man is. Vrouwelijke start-up-founders schijnen ook moeilijker aan geld te komen, omdat ze minder snel in het netwerk van mannelijke investeerders binnen weten te komen. Meer dan 98 procent van de Nederlandse investeringen gaat naar mannen. Dat is niet representatief voor de samenleving. Daar zou ik graag verandering in willen brengen.”

Zeen is a next generation WordPress theme. It’s powerful, beautifully designed and comes with everything you need to engage your visitors and increase conversions.